In de tuin is heel wat perzikkruid te vinden. Het is er eigenlijk spontaan gekomen maar ik laat het netjes groeien. En zo ziet het eruit.
Ik koester de plant want je kan er namelijk mee verven.
De meeste verfboeken vertrekken van het beitsen van de wol of het katoen. Nu ben ik al een tijdje aan het proberen om die chemische middelen achterwege te laten. Het wordt dus een probeersel (min of meer) puur natuur.
Dit stukje katoen en ook de draad heeft in sojamelk gezeten. Dat betekent dat het wat stijf aanvoelt maar na het verven is dat helemaal verdwenen. Sojamelk kan je gebruiken om plantaardige stoffen zoals katoen of linnen te “beitsen”. Soja is een proteïne dat zich bindt met een plantaardig product. Je maakt een oplossing van 1 deel sojamelk en 4 delen water. Hierin gaat de stof of katoenen draad 1 nacht weken. Dan laat je alles drogen en dan ga je de stof opnieuw onderdompelen in je sojawater. Laten drogen en dippen en dat doe je drie maal. Het is goed om je stof dan zeker een paar dagen te laten liggen.
Ik heb verschillend gekleurde draadjes aan de stof gedaan zodat ik mij niet kan vergissen.
Samen weegt dit 68gram.
Hier zie je een stukje gevilte wol en ook een stukje katoen.
Met de wol is niets gebeurt. Ik ben benieuwd of die toch wat kleurstof gaat opnemen. Het lapje weegt 17 gram
Het stukje katoen heeft een nacht in een theeoplossing gezeten. Daardoor is de stof ook wat geler geworden. De stof is gedroogd en dan is het even gespoeld in een epsom-oplossing. Epsomzout kan je in je bad oplossen en dan zou het ontspannend en ontgiftend werken. Een veilig product dus.
Die oplossing maak je door 10% van het droge gewicht van de stof op te lossen in water. Hierin wordt de stof dan ondergedompeld en te drogen gehangen.
De stof weegt 56 gram.
En hier ligt mijn perzikkruid klaar.
Ik neem 400% gewicht van de stof die geverfd moet worden. Alles samen heb ik 141 gram. Dat betekent dat ik ongeveer 564 gram kruid nodig heb.
Dat is eerst in kleinere stukjes geknipt. Dan komt het in de verfketel die gevuld wordt met regenwater tot alles onderstaat. Anderhalf uur heeft dit mengsel gekookt en dan laat je het afkoelen.
En dan begint het eigenlijke verven. Het perzikkruid heb ik gewoon in het bad gelaten. Je kan ook de planten uit het bad halen zodat je makkelijker egaal kan verven. Voor mij is het voor deze staaltjes niet zo belangrijk. Zachtjes wordt het bad opnieuw op kooktemperatuur gebracht en dat blijft zo voor een dik uur tot anderhalf uur. En dan is het belangrijk dat alles in de pot blijft afkoelen. Ik wacht dus tot de volgende morgen om het resultaat te zien.
En dit is het dan en eigenlijk moet ik toegeven dat ik wat ontgoocheld ben.
Maar eerst een paar bedenkingen. Je planten in de pot laten heeft wel enige nadelen. Het katoen is niet helemaal gelijkmatig geverfd ook al heb ik regelmatig geroerd. Bij het naspoelen blijft toch makkelijk wat blaren kleven. Voor kleine stukjes is dat geen probleem. Voor een grote lap stof wordt dat moeilijker. En voor de wollen stof is het echt niet doenbaar. Allerlei kleine stukjes blijven in de stof hangen. En dat geldt zeker ook voor de strengen draad.
En nu de kleur. Katoen verven met perzikkruid geeft weinig resultaat. De beide stukjes stof zijn gewoon wat donkerder geworden. Echt gekleurd kan je dit niet noemen. Als je katoen wil kleuren met perzikkruid zijn “echte beitsmiddelen” misschien wel nodig.
De wol vind ik dan weer verrassend ook al komt die door de foto niet echt tot zijn recht. De wol die niet behandeld is heeft een groenige kleur. Die vind ik wel mooi.
Een gemengd resultaat dus!